Vandaag (1 mei 2024) is de op 11 maart jongstleden door de gemeenteraad van Leeuwarden vastgestelde Partiële Herziening Bestemmingsplan Groene Ster (hierna: PHB) formeel gepubliceerd (zie link). In deze publicatie (Gemeenteblad 190178) zijn verwijzingen aangebracht die inzage bieden van alle stukken die behoren tot de PHB.
Zoals genoegzaam bekend zal onze stichting hiertegen beroep aantekenen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (AbRvS) in Den Haag. Om te voorkomen dat vóór een uitspraak van de AbRvS de gemeente Leeuwarden de PHB alvast kan inzetten om grote meerdaagse muziekfestivals in de Groene Ster te faciliteren, zullen wij bij de AbRvS ook een verzoek indienen om een voorlopige voorziening (VoVo) te treffen.
Ruim 300 gemachtigden hebben zich inmiddels aangesloten bij onze beroepsprocedure. U kunt zich hiervoor nog steeds opgeven via een machtiging per e-mail indien u dat wenst (zie hiervoor deze link). Hieraan zijn voor u geen kosten verbonden. Wel dient uw machtiging uiterlijk 1 juni a.s. in ons bezit te zijn.
Deze partiële herziening is volgens verantwoordelijk wethouder Kuiken het meest complexe bestemmingsplan van de gemeente Leeuwarden ooit. Wij kunnen hieraan toevoegen dat het gelet op de inhuur van vele externe adviesbureaus met bijbehorende onderzoeken en rapporten, juridische advisering, rechtszaken, ambtelijke inzet, etc., ook het meest dure plan is dat over een tijdsbestek van maar liefst meer dan 6 jaar (!) uiteindelijk tot stand is gekomen.
Complexer dan de ontwikkeling van ruimtelijke plannen voor woonwijken, een voetbalstadion, zonneparken, stadsvernieuwingen, winkelcentra, etc.? Te zot voor woorden. En dat alles om feitelijk maar één ding: “…. het voorkomen dat een verleende (omgevings)vergunning niet kan rekenen op goedkeuring door de rechtbank” (bron: Bijlage 1 van het Raadsbesluit inzake belangenafweging Partiële herziening bestemmingsplan Groene Ster.).
Echter, als je de uitspraken van (bestuurs)rechters over de afgelopen jaren goed bestudeert dan gaat het veel meer om welke onderdelen van vergunningen in het verleden hebben geleid tot een beperkende maatregel, schorsing dan wel de vernietiging van een (omgevings)vergunning. Het herziene bestemmingsplan (waardoor geen omgevingsvergunning meer hoeft te worden aangevraagd) voorkomt niet dat diezelfde onderdelen opnieuw onderwerp kunnen zijn van een juridisch geschil. Dergelijke onderdelen, die in het verleden door GSD succesvol zijn aangevochten, gingen hoofdzakelijk over geluid en natuur. Het herziene bestemmingsplan ziet een muziekevenement niet meer als een afwijkende activiteit waarvoor een omgevingsvergunning noodzakelijk is. Dat is juist. Maar nog steeds is een geluidsontheffing en een natuurvergunning vereist. Dus wat is de toegevoegde waarde van dit nieuwe bestemmingsplan voor organisatoren van evenementen als dit plan door de gemeente wordt ‘verkocht’ dat dit een betere rechtszekerheid biedt dan een risicovolle omgevingsvergunning die niet meer hoeft te worden aangevraagd?